Nadat Jezus terug was gegaan naar de hemel, predikten Zijn volgers het Evangelie. Saulus haatte het nieuws dat zij verkondigden, maar God veranderde zijn hart. Het verhaal over zijn bekering vinden we in Handelingen 9.
Hoofdpunten:
- God kan mensen veranderen
- God vergeeft de mensen die verkeerde dingen doen
- Wij moeten de mensen vergeven die verkeerde dingen tegen ons doen.
Lesplan – Saulus wordt Paulus
Praat over tegenovergestelde dingen. Toen het hart van Saulus werd veranderd, werd hij het tegenovergestelde van wat hij eerder was. Hij haatte Christenen, maar nadat hij gered was, hield hij van hen. Hij veranderde van iemand die de duisternis volgde, in iemand die het Licht van de Wereld volgde.
Praat over verandering. Zet een glas water neer. Neem een stuk ijs uit de vriezer en kook wat water. Wijs erop dat de warmte en kou het water in verschillende vormen veranderd. Bespreek samen andere materialen die veranderen als je ze warm of koud maakt.
Je kunt ervoor kiezen om een experiment uit te voeren door verschillende objecten, op een stuk aluminiumfolie, in een pan te leggen (gebruik snoepjes, een stukje chocolade, een koekje, etc.). Plaats de pan in de oven, en verwarm de oven. Als het het verwarmen klaar is neem je de pan uit de oven, en haal je het stuk aluminiumfolie met de objecten en laat ze op een tafel een beetje afkoelen. Als het voldoende is afgekoeld, laat je je kind in de objecten prikken met een stokje. Bespreek hoe de oven de objecten veranderd heeft. Doe het zelfde experiment, alleen nu met gelijke obejcten in de vriezer. Bespreek de verschillende manieren waarop de warmte en kou de objecten veranderden, bijvoorbeeld dat een schuim snoepje hard wordt in de vriezer, maar in de oven zal smelten.
Jezus wast ons vrij van onze zonden en vergeeft the verkeerde dingen die we doen als we onze zonden belijden. Ananias vergaf Saulus en vergaf hem zelfs terwijl hij wist dat Saulus andere gelovigen pijn had gedaan. Als we ons bekeren, zal het ons spijten en zullen we anders gaan leven.
Voor Saulus bekering dacht hij dat hij goed bezig was. God opende zijn ogen, zowel geestelijk (hij beleed zijn zonde) als fysiek (toen Ananias zijn ogen genas).
God heeft ons de Bijbel en de Heilige Geest gegeven om onze ogen te openen, zodat we kunnen zien wat goed is en wat niet. Leg een aantal blokken, ballen of andere objecten met verschillende kleuren neer. Leg uit dat jullie een sorteer spel gaan spelen. Het doel is om de blokken te sorteren zodat er stapels ontstaan van ballen met dezelfde kleur. Mix de blokken. Vraag het kind of het denkt dat het de blokken kan sorteren. Vraag hoe hij/zij dat hoopt te kunnen doen. Doe het kind daarna een blinddoek om. Vertel het kind dat ze nu de blokken moeten sorteren met hun andere zintuigen. Laat ze het proberen. Haal dan de blinddoek weg en bespreek dat, zonder hun ogen, ze niet in staat waren om de blokken te sorteren op kleur. (Je kunt ook een ander zintuig kiezen als dat beter is, zoals het herkennen van geuren met een dichtgeknepen neus, of het herkennen van muziek met oordoppen op.)
We moeten bidden en de Bijbel lezen, zodat God het kan gebruiken om onze geestelijke ogen te openen, en ons zo te laten zien wat goed is en wat niet.
Reflecteer op de levenscyclus van een vlinder of een kikker. Bespreek hoe God het leven van Saulus veranderde en dat Hij ons leven ook wil veranderen.
Saulus wordt Paulus – Verhaal
Spelletjes en activiteiten
Zaklamp vangen
Creëer een donkere ruimte. Doe dit in een donkere kamer, of wacht tot het avond is. Verzeker je ervan dat de ruimte veilig is, en dat er niets gevaarlijks is waaraan de kinderen zich kunnen verwonden. Kies een van de kinderen uit. Geef hem/haar de zaklamp. Degene met de zaklamp moet nu zijn/haar ogen dichtdoen en tot een bepaalt nummer tellen, terwijl de andere spelers zich verstoppen. Als het tellen klaar is, moet degene met de zaklamp gaan zoeken naar de anderen en ze ‘vangen’ in het licht van de zaklamp.
Stemmen herkennen
Als voorbereiding van deze activiteit moet je met je telefoon of op een andere manier stemmen van verschillende personen, die je kind goed kent, een aantal zinnen opnemen. Bijvoorbeeld: “Hallo. Weet je wie ik ben?” Als alternatief kun je ook de stemmen nemen van de favoriete tekenfilm van je kind.
Speel de stemme een voor een voor je kind af. Ze moeten raden wie er aan het praten is. Als het te moeilijk is kun je een hint geven en de stem nog een keer afspelen. Deel hoe Saulus een stem uit de hemel hoorde en vroeg wie het was die sprak. Herinner hen eraan dat het Jezus was.
Geblinddoekt lopen met een gids
Plaats een blinddoek over de ogen van het kind. Laat hem/haar je arm vasthouden. Leg uit dat jij hun gids zal zijn. Neem ze mee voor een korte wandeling door de kamer, huis of tuin. Vraag ze waar ze denken dat ze zijn. Spreek over hoe Saulus blind was geworden door het felle licht dat hij had gezien, en dat hij nu de hulp van anderen nodig had.
Werkbladen
Kleurplaten – Saulus wordt Paulus
Werkje – Licht op de weg naar Damascus
Wat heb je nodig:
- Werkbladen
- Een stevig plastic zakje
- Krijtjes
- Stiften
- Schaar
Wat moet je doen:
- Gebruik een permanente stift om het werkblad over te tekenen op het plastic zakje. Afhankelijk van de leeftijd van je kind kun je hem of haar het figuur laten inkleuren met stiften.
- Schuif een stuk zwart papier in het zakje. Als je geen zwart papier hebt, dan kun een papier zwart maken met zwart krijt.
- Knip en kleur de lichtstraal. Schuif deze in het plastic zakje om het het plaatje zichtbaar te maken.