De tien melaatsen

Jezus deed tijdens Zijn bediening op aarde veel wonderen. In Lukas 17:11-19 lezen we dat Jezus tien melaatsen genas, maar er was er maar eentje dankbaar.

Hoofdpunten:

Me moeten God om barmhartigheid vragen.
Jezus hoort wat wij vragen.
We moeten God danken als Hij ons antwoord.

De tien melaatsen pdf

Les Plan – De tien melaatsen

Als je gaat zitten om met je kinderen uit de Bijbel te lezen, geef ze dan wat lekkers, zoals een stukje van hun favoriete fruit. Vergeet hen niet te prijzen als ze “Dank u wel” zeggen.

Leg uit dat melaatsheid een hele erge ziekte was. Mensen die het hadden mochten niet bij andere mensen in de buurt komen. Het kan heel goed zijn dat jouw kind in quarantaine heeft gezeten ivm COVID-19. Leg uit dat melaatse mensen ook in quarantaine moesten leven, en dat dit soms wel hun hele leven duurde.

Praat er samen over hoe het is om ver te zijn van mensen van wie je houd.

Lees Lukas 17:11-19 uit de Bijbel van je kind.

Vraag je kind zijn handen uit te steken en dan zijn vingers te tellen. Iedere vinger stelt een melaatse voor die aan Jezus vroeg om hem te genezen.

Vertel dat zij allemaal aan Jezus vroegen om barmhartig te zijn en dat Hij ze allemaal genas. Jezus was barmhartig voor al deze mannen, maar slechts een van hen kwam terug om Jezus te bedanken.

Laat je kind opnieuw zijn handen uitsteken, maar nu slechts met 1 vinger uitgestoken. Bespreek dat de andere negen niet terug kwamen om Jezus te bedanken.

Zou Jezus hebben geweten dat de meesten van hen Hem niet zouden bedanken? Ja, dat wist Hij, maar toch genas Hij hen. Is het jou wel eens overkomen dat je iets deed voor iemand anders en dat diegene jou niet bedankte? Praat hier met elkaar over.

Noem eens een aantal manieren waarop we onze dankbaarheid kunnen laten zien. En hoe kunnen we iemand bedanken met onze woorden? Bijvoorbeeld “dank je”, of “ik ben dankbaar voor…”. Praat samen over hoe we onze dankbaarheid kunnen laten zien door bijvoorbeeld de vieze borden naar de keuken te brengen, of speelgoed op te ruimen.

Lees samen Jakobus 1.17. Bespreek met elkaar dat alles van God komt. Begin een dankbaarheids-dagboek. Iedere avond krijgt iedereen de beurt om iets te zeggen waar hij dankbaar voor is. Moedig kinderen aan om creatief te zijn met de dingen die ze noemen. Schrijf ze op, en bedank God voor alles wat er genoemd is.

Bid en vraag God om onze dankbaarheid te vergroten. Bedank God voor alles.

Verhaal – De dankbare melaatse

Spelletjes en activiteiten

Dankbaarheids-dagboek

Het is belangrijk dat we onze kinderen leren om de dingen op te merken en te zien waarvoor we dankbaar mogen zijn. Deze activiteit zal een gewoonte worden die hopelijk hun hele leven bij hen zal blijven. Een hele goede manier om te beginnen is het maken van een dankbaarheids-dagboek. Decoreer een schrift. Om de beurt kunnen jullie nu iedere dag iets opschrijven of opplakken van iets waarvoor je dankbaar bent. Neem de tijd om te bidden en God te danken.

Raak het niet aan

Maak met een touw een cirkel op de grond. Laat je kinderen binnen die cirkel lopen, maar zonder elkaar aan te raken. Als ze elkaar toch aanraken zijn ze af. Hoe langer het spel duurt hoe kleiner de cirkel wordt. Herinner je kind eraan dat melaatse mensen niemand mochten aanraken of dicht bij andere mensen zijn.

Bellen memoryspel

Leg een aantal bellen of andere muziekinstrumenten op een tafel. (Je kunt ook potjes vullen met verschillende hoeveelheden water en er met een houten lepel tegenaan tikken.) Rinkel met een bel en laat dat herhalen door je kind. Iedere keer dat je kind de bellen in de juiste volgorde rinkelt moet je een bel aan de rij toevoegen.