Deze week zullen we leren over de genezing van een verlamde man en hoe Jezus de autoriteit heeft om zonden te vergeven. We zullen eraan worden herinnerd hoe belangrijk het is dat we onze vrienden naar Jezus brengen. Het verhaal kunnen we lezen in Markus 2 en Mattheüs 9.
We zullen een aantal van de belangrijkste onderwerpen bestuderen:
- Goede vrienden brengen hun vrienden naar Jezus. (Markus 2.3-4)
- Jezus weet wat er in ons hart omgaat (Markus 2.6-8)
Jezus heeft de macht om te genezen en zonden te vergeven. (Markus 2.10)
Jezus geneest en vergeeft – Les plan
Vraag je kinderen wie hun vrienden zijn. Bespreek met hen hoe vrienden er voor elkaar zijn. Vraag hen wat het leukste is wat ze ooit voor hun vrienden hebben gedaan, en het leukste wat hun vrienden voor hen hebben gedaan. Denk samen na over manieren waarop vrienden elkaar kunnen laten zien dat ze om elkaar geven. Leg uit dat de vrienden van de verlamde man hem wilden helpen beter te worden. Bespreek met je kinderen hoe de vrienden hem naar het huis brachten waar Jezus was. Vraag je kinderen of zij wel eens midden in een hele grote groep mensen hebben gestaan. (Help ze waar nodig). Vraag hen of ze denken dat het makkelijk zou zijn om een groot bed door die groep mensen te dragen. De vrienden van de verlamde man hadden kunnen opgeven, maar in plaats daarvan hielden ze vol.
Praat met je kinderen over een
moment waarin zij wilden opgeven. Misschien vonden ze het niet makkelijk om hun
veters te leren strikken of hun bed op te maken. Leg uit dat we soms na moeten
denken over een andere manier om ons doel te bereiken. Maak een eenvoudige
puzzel met gebruik van een plastic bakje. Leg een muntje op de bodem. Maak met
een touw of elastiekjes een raster/gaas aan de bovenkant van het bakje. De
gaten van het raster moeten groot genoeg zijn voor het kind om er zijn/haar
hand doorheen te kunnen doen, maar niet
om zijn/haar vuist (met muntje erin) eruit te halen. (Het gaat erom dat
het kind het muntje niet uit het bakje kan pakken.) Vraag het kind om het muntje
uit het bakje te pakken zonder het touw of de elastiekjes te raken. Hoewel het
kind het probeert zal het hem/haar niet lukken. Als het niet lukt, vraag dan
aan je kind of hij/zij een andere manier kan bedenken om het muntje uit de fles te krijgen. Vraag of ze op willen
geven. Moedig hen aan door te vertellen dat er een manier is, maar dat ze
daarvoor een andere manier moeten bedenken. Help hen er achter te komen dat het
muntje uit het bakje komst als ze het bakje ondersteboven houden.
– afhankelijk van de leeftijd van je kind kun je ook een gelijksoortige spel
zoeken die beter past bij hem of haar.-
Bespreek met je kinderen hoe het lukte om het muntje uit het bakje te halen, omdat ze niet opgaven en ze nagedacht hadden over een andere manier. Leg uit dat de vrienden van de verlamde man ook niet opgaven, maar een andere manier vonden om hun vriend bij Jezus te brengen. Vertel dat ook onze vrienden Jezus nodig hebben, om hen te redden van hun zonden. Leg uit dat we goede vrienden moeten zijn en onze vrienden over Jezus moeten vertellen en hen uitnodigen om naar de kerk te komen.
Bespreek het feit dat Jezus alles weet. Vraag je kinderen om jou te vertellen wat jij nu denkt. Geef hen de tijd om te raden, maar geef hen geen tips. Ga door met het spel en wissel de rollen om. Leg uit dat wij alleen maar kunnen raden wat anderen denken, maar dat Jezus het altijd weet. Bespreek met je kinderen dat zelfs als iemand vertelt wat hij denkt, die persoon misschien niet de waarheid spreekt. Denk er samen over na hoe geweldig het is dat Jezus altijd onze gedachten kent.
Vraag je kinderen of zij nog weten wat een wonder is. Leg uit dat sommige dingen een wonder worden genoemd terwijl ze niet meer zijn dan een ongewone gebeurtenis. Leg daarna uit dat hoewel sommige mensen die moeite hebben met lopen, geholpen kunnen worden door een dokter, maar dat Jezus de verlamde ter plekke genas door simpelweg te zeggen: “Sta op en wandel!”.
Wijs je kind erop dat Jezus zowel het fysieke probleem van de man genas, maar ook zijn hart. Vraag aan je kinderen of zij uit kunnen leggen waarom het makkelijker was voor Jezus om te zeggen: “Je zonden zijn vergeven”, dan “Sta op en wandel!”. Help hen te begrijpen dat dit zo is omdat iedereen kan zien of de man wel of niet ging lopen, terwijl je niet kunt zien of iemands zonden zijn vergeven. Denk er samen over na dat het makkelijker is om te zeggen: “Ik houd van jou”, dan iets te doen(zoals het opruimen van je kamer zonder dat het je gevraagd wordt), dat je liefde laat zien. Het is makkelijker om te zeggen dat je geduld hebt dan geduldig en zonder klagen te wachten op iets dat je heel graag wilt. Denk samen na over andere voorbeelden die het verschil tussen alleen iets zeggen en echt iets doen, zichtbaar maken.
Denk er over na hoe je je kind kunt helpen om een betere vriend te zijn door een van zijn/ haar ongelovige vrienden uit te nodigen om mee te gaan naar de Zondagsschool of kerk. Praat met je kinderen over andere manieren waarop ze een goede vriend kunnen zijn en hun vrienden over Jezus te vertellen. Denk er over na hoe jouw kind geld zou kunnen verdienen om een Bijbel te kopen om aan een vriend te geven, of denk na over een andere activiteit die jouw kind helpt om anderen over Jezus te vertellen.
Kies samen een ongelovige vriend of vriendin uit en beloof elkaar dat je voor hem/haar zult bidden. Dank Jezus voor het voorzien van een weg tot redding.
Bijbelverhaal
Spelletjes en activiteiten
Sardientjes
Voor dit spel heb je een paar personen nodig.
Het spel is gebaseerd op Verstoppertje. 1 persoon rent weg en verstopt zichzelf. Daarna moeten al de anderen hem/haar zoeken.
Degene die de persoon vind, moet zich samen met de eerste persoon, op dezelfde plek, verstoppen. Het wordt steeds moeilijker als er meer mensen zich proberen te verstoppen op dezelfde plek.
Het spel gaat door totdat iedereen gevonden is.
Herinner je kind eraan dat de kamer, waar Jezus was, zo vol was dat er niet meer mensen in pasten.
Matje dragen
Gebruik een deken, handdoek of een mat om een knuffel door de kamer te dragen. Zorg ervoor dat de knuffel niet valt.
Maak een route door de kamer om het moeilijker te maken.
Als je een groep kinderen hebt, kun je er ook een race van maken.Bespreek hoe de vrienden de man naar Jezus droegen.
Raad eens wat ik denk?
Denk om de beurt aan een persoon of een object.
De andere personen moeten ja en nee vragen stellen om er achter te komen waaraan de andere persoon denkt.
Denk eraan dat je alleen ja en nee vragen mag stellen.Herinner de kinderen eraan dat God alles weet, zelfs onze gedachten.
Werkbladen
Kleurplaten – Jezus geneest en vergeeft
Man door het dak Bijbel werkje
Wat heb je nodig:
- Kleurplaten op karton
- kleurpotloden
- scharen
- lijm
- wol
- plakband
Wat te doen:
- Kleur de tekeningen in
- Knip de man op de mat en het huis uit
- Lijm flapjes aan het huis om het in 3D te maken
- Volwassene: maak twee kleine gaatjes in het dak
- Plak met plakband twee stukjes wol aan de rug van de man
- Haal de wol door de gaatjes in het dak en maak er een knoopje in. Laat genoeg wol over om de man naar beneden te kunnen laten zakken.
“…maar opdat u zult weten dat de Zoon des mensen macht heeft op de aarde zonden te vergeven…” – Matteüs 9:6