Khmer
Italiano
Polski
Deutsch
Tetum
Romani
Cymraeg
Hrvatski
Filipino
Swahili
Čeština
Suomi
Tijdens Zijn bediening vertelde Jezus heel veel gelijkenissen om ons te helpen Bijbelse waarheden te begrijpen. Deze week zullen we de gelijkenis bestuderen die we vinden in Lukas 18.1-11.
De hoofdpunten zijn:
- We moeten zonder ophouden bidden.
- Het is belangrijk om niet op te geven.
- God is goed en doet altijd dat wat het beste is.
Lesplan – De gelijkenis van de weduwe die niet opgaf
Vraag je kind of hij/zij begrijpt wat het betekent om niet op te geven? Ze zullen het waarschijnlijk negatief kennen, als blijven zeuren. Leg uit dat het betekent om te blijven werken aan iets, zelfs al is het heel moeilijk of kost het veel tijd om te leren. Heb je ooit veel tijd moeten nemen om iets te leren? Vertel over iets dat veel tijd kost om te leren, zoals het bespelen van een muziekinstrument, schilderen of koken.
Het is erg belangrijk dat je aan je kind laat zien dat de rechter in de gelijkenis niet God is. Hij lijkt zelfs niet eens een beetje op God.God is goed! Jezus gebruikt de rechter als een contrast met God. Bespreek een aantal dingen die in contrast tot elkaar staan, zoals licht en donker, langzaam en snel.
Als we bidden dan kan het soms lijken dat God meteen antwoord. Op andere momenten zullen we lang moeten wachten op een antwoord van God. God zal altijd antwoorden. Soms zegt Hij ja. Soms zegt Hij nee. En soms zegt Hij wacht. Speel een spel met je kind. Het doel is om een bepaald gebied over te steken. Het kind mag steeds vragen of het een bepaalt hoeveelheid mag stappen, springen of hinkelen. Beantwoord het kind steeds met een ja, nee of wacht. Als je antwoord ‘wacht’ is, geef het kind dan een specifiek aantal seconden, tel die samen af,voordat het verder mag stappen, springen of hinkelen. Zorg ervoor dat je steeds maar een keer duidelijk antwoord geeft. Verras je kind met iets lekkers aan het eind van het spel. Herinner je kind eraan dat het het lekkers niet zouden hebben gekregen, als ze de overkant niet gehaald zouden hebben. Wachten kan moeilijk zijn, zeker als het lijkt dat, hoe hard we ook proberen, het doel buiten ons bereik blijft.
Maar God weet alles. Hij weet of wij een ‘ja’ nodig hebben op ons gebed, of dat het beter is als we even wachten, of zelfs een ‘nee’.
Deel met elkaar een aantal wensen die jij in je leven hebt gehad, of die het kind heeft. Ter illustratie neem je een wat eenvoudige, grappige wens. Voorbeeld: praat met elkaar over de wens om je haar heel snel te laten groeien. Bespreek dan een aantal problemen die hierdoor zouden kunnen ontstaan. Praat samen ook over een moment waarop jouw kind je iets vroeg en jij hier ‘nee’ of ‘wacht’ op antwoorde. Leg uit dat, net zoals jij weet wat het beste is voor jouw kinderen, God ook weet wat het beste is voor Zijn kinderen. God zal altijd doen dat wat het beste is voor ZIjn kinderen, of het nu ‘ja’, ‘nee’, of ‘wacht’ is. Leg fruit, zoals aardbeien of appels op tafel. Je zult een rijpe moeten hebben die je meteen kunt opeten, en eentje die nog groen en niet rijp is. Snij beide vruchten in stukjes en probeer ze samen met je kind. Bespreek met elkaar, met de zure smaak van de onrijpe vrucht nog in je mond, dat het belangrijk is om op het juiste moment te wachten. Het fruit wordt zoet op het juiste moment.
Lees samen Galaten 6.9. Deel met elkaar een aantal persoonlijke antwoorden op gebed, ‘ja’ antwoorden, ‘nee’ antwoorden en ‘wacht’ antwoorden. Onderstreep dat net zoals de vrouw in het verhaal, wij ook niet moeten opgeven met bidden en dat we God moeten vertrouwen dat Hij onze gebeden op de beste manier zal beantwoorden. Bedank God omdat Hij gebeden verhoord. Vraag Hem om jou te helpen te bidden zonder op te geven.
Verhaal
Spelletjes en activiteiten
Uitdagingen
Geef je kind een aantal lastige, maar niet onmogelijke uitdagingen. Zoals door de kamer lopen, met een kussen op hun hoofd, of tien keer achter elkaar een bal te vangen zonder hem te laten vallen. Moedig hen aan door te gaan tot het ze lukt, en feliciteer hen als het ze lukt. Bespreek met hen dat, als zij hadden opgegeven, ze nooit het doel zouden hebben bereikt.
Verstoppertje spelen
Verstoppertje spelen is altijd leuk. Kinderen vinden het geweldig. Zoek en verstop een object om de beurt. Terwijl je speelt, feliciteer je kind dan voor het feit dat ze niet ophouden te zoeken totdat ze het object gevonden hebben.
Leer het 5-vinger-gebed
Er zijn verschillende vormen om je vingers te gebruiken als een herinnering voor gebed. Hieronder volgt een voorbeeld:
Duim; bid voor mensen dichtbij, zoals familie en vrienden. Wijsvinger; bid voor hen die de juiste richting wijzen (zoals meester/juf en voorganger). Middelvinger; bid voor onze leiders. Ringvinger; bid voor de zwakken, zieken en mensen die hulp nodig hebben. Pink; bid voor jezelf.
Werkbladen
Kleurplaten – De gelijkenis van de weduwe die niet opgaf
Werkje – Gebedsboekje
Wat heb je nodig:
- Dik papier of karton
- papier
- schaar
- perforator
- touw
- foto’s (optioneel)
Wat moet je doen:
- Leg de hand van je kind, ‘biddend’, op het karton, en omlijn de hand. Knip de hand twee keer uit karton, en zovaak als je wilt uit papier. Iedere hand is een pagina.
- Leg alle handen op een stapel, de papieren tussen de twee kartonnen. Maak twee gaatjes.
- Haal het touw door de gaatjes, en maak een knoop, zodat het een boekje wordt. Schrijf of plak plaatjes in je gebedsboek.
